Impulsen ondedrukken en ADHD. Eerst even stoppen!
‘Het lijkt wel of je het niet ziet! Je doet dingen zonder na te denken!’ ‘Je begint eerst en dan ga je na wat je nodig hebt!’ ‘Zie je nou niet dat je wegloopt uit het washok zonder de wasmachine aan te zetten!’ Iets cruciaals vergeten: ‘Denk eens een moment na over voor je het huis uit loopt!’
Dit soort opmerkingen vertellen ADHD’ers tegen zich zelf in het hoofd als iets mis gaat. Het is zelfverwijt die ontstaat als we boos zijn op ons zelf. Oneliners als deze gaan als negatieve mantra’s door je hoofd.
En de verwijten kloppen ook. We denken vaak niet na voor we iets zeggen, doen of vertrekken. Dat nadenkmoment heet inhibitie. Het is een cruciale vaardigheid die helaas niet gekoppeld is aan je wilskracht. Het vaak ontbreken van Inhibitie behoort tot de kernproblemen van ADHD.
Er bestaat zo iets als impulsremming, Dat is de fractie van een seconde die de hersenen nodig hebben om een goede keuze te maken voor je verder gaat naar je volgende moment en de volgende handelingen. Het kernding van ADHD is juist dat impulsremming ongelijkmatig is. Vaak is het moment van stoppen er niet voor je verder gaat.
We moeten dus zelf stopmomenten creeren omdat we het van nature niet kunnen. Het maakt voor je productiviteit enorm veel uit als je hier mee aan de slag gaat.
Iedere ADHD’ er heeft in de loop van zijn leven trucjes bedacht, coping skills heet dat in psychologenjargon. Dat doe je onbewust. Maar nu je weet dat ADHD de motor is kun je nog betere skills ontwikkelen.
Zelf heb ik TO DO-boekjes die ik de hele dag voor me heb liggen en vol schrijf, ik gebruik reminder-apps, vraag mensen me te helpen herinneren, en zorg er voor dat ik in de ochtend precies voor ogen heb wat ik die dag moet doen. Ik heb het niet meer te druk. Op deze vijf manieren compenseer ik mijn inhibitie tekort.
Dat bij elkaar maakt de kans groot dat ik die dag niet halverwege heel iets anders ga doen dan ik me voor genomen heb, omdat ik toe geef aan een ingeving of een prikkel of een trigger. Het zorgt ervoor dat ik vaak mijn spullen bij elkaar heb die ik die dag nodig heb. Dat de documenten voor de administratie in mijn takenlijst terecht komen. Daarvoor zet ik soms wel 3 reminders.
Mijn collega’s kennen me een beetje en zij hebben zelfs een ideeenboek voor me gecreeerd waarin ik al mijn ingevingen en gedachten in op mag schrijven. ‘ Als je er maar niet aan toe geeft,’ merken ze op. Want anders zit ik zo maar vol in iets nieuws en vergeet ik het project van die dag waaraan we werken. Mijn collega’s lachen er bij. Nog wel, dus dat is een goed teken.
Dus zo blijf ik redelijk op de juiste weg. Ik ben blij met alle progressie die ik maak. Dit was zeker een worsteling.
Wil je hier meer over impulscontrole weten? Hier staat Kracht-artikel uit de reeks ‘Meer aandacht, minder afleiding.’
Joris Koopman